In een hoek van gebouw Het Lab zit de praktijkruimte van Jeroen Wessels. Met aan twee kanten uitzicht op het terrein van Lijm & Cultuur. De zon schijnt over de Schie. “Ik was een beetje bang dat er hier veel herrie zou zijn, maar gelukkig valt het mee,” vertelt Jeroen. Er staat een imposante stoel die uitnodigt om in te relaxen. Jeroen is hypnotherapeut en helpt cliënten om onbewuste patronen te doorbreken. “Je moet het bewuste zien als een topje van de ijsberg. Je hoofd wil van alles, bijvoorbeeld stoppen met roken, maar die krijgt het maar niet voor elkaar. Dat komt omdat het onbewuste het nog niet snapt. Je onderbewuste is niet vatbaar voor logica, die heeft iets anders nodig.”
Hypnose klinkt als iets heel spannends, maar dat valt eigenlijk best mee: “Je onderbewuste wordt aangesproken door beelden, verhalen en metaforen. Zo neem ik je mee in een staat van zijn die heel erg lijkt op dagdromen, of een ‘flow’ waarin je helemaal de tijd vergeet.” Volgens Jeroen hebben mensen vaak niet eens door dat dit hypnose is. “Het brein, dat topje van de ijsberg, babbelt vaak vrolijk door. Maar ondertussen zijn we bezig om het onderbewuste aan het werk te zetten.” Om tot die diepte te kunnen doordringen gebruikt Jeroen allerlei technieken. “Wat mensen vertellen met hun brein is hun cognitie. Die weet het vaak leuk te verwoorden, maar de onderliggende patronen en gedragingen vertellen vaak wat anders. Met hypnose, visualisaties en bijvoorbeeld handgebaren krijg je contact met iemand op een heel andere manier.”
De sessies van Jeroen kunnen best intens zijn, maar hij verkoopt geen ellenlange trajecten: “Meestal zijn we er na een sessie of twee, drie er wel uit. Je ziet snel resultaat. Ik krijg mensen in mijn praktijk die al na één keer geen sigaret meer aanraken. Ik zie mensen die gewicht willen verliezen en dat nooit lukte. Met hypnose kunnen ze zichzelf een ‘virtuele maagband’ geven. Na zo’n sessie zitten ze plotseling veel sneller vol, ook al kunnen ze het bijna niet geloven. Met hypnose spreek je het zelfhelend vermogen van het onderbewuste aan, en dat is veel krachtiger dan het bewuste, topje van de ijsberg.”